Paar haardijzers

Het paar haardijzers dient om het hout in de haard van de schoorsteen omhoog te houden. Daardoor  wordt de luchtcirculatie verbeterd en kan de brandstof volledig opbranden. De koppen van de haardijzers zorgen niet alleen voor een weelderige versiering van de haardopening, maar verbergen tegelijk de ijzeren staven die de houtblokken ondersteunen.

Vanaf de 16de eeuw komen ze voor in de inventarissen die na een overlijden worden opgemaakt. De eerste voorbeelden hebben grote afmetingen, maar vanaf het einde van de 17de eeuw worden ze kleiner, in verhouding met de schoorstenen. Doorgaans zijn ze van ijzer, koper of verguld brons gemaakt. Ook zilver komt voor, maar het is zeldzamer. We treffen de haardijzers aan in alle kamers van een kasteel of van een burgerwoning.

In het voorbeeld dat u hier ziet, blijven alleen nog de decoratieve elementen over. De horizontale staven zijn verloren gegaan. De koppen bestaan uit een zittende putto die een fakkel vasthoudt.

De sokkels zijn aan de basis in twee gedeeld en versierd met margrieten waartussen de gekroonde eigendomsinitialen VM te zien zijn. Ze zijn versierd met acanthus-, wingerd- en laurierbladeren.

Zilver.
h 29cm ; l 18,7 cm.
Herkomst: 1986, Legaat Claude D’Allemagne.
Inv. nr. sda720

Merk : naast de margriet, aan de rechterkant 

1. Meesterteken: ineengestrengelde initialen CG

De haardijzers bevinden zich in het niet-toegankelijke bestand van het museum.